Cytokeratines vormen een subfamilie van tussenliggende filamenteiwitten en worden gekenmerkt door een opmerkelijke biochemische diversiteit, die in menselijke epitheelweefsels door ten minste 20 verschillende polypeptiden wordt vertegenwoordigd. Zij variëren in molecuulgewicht tussen 40 kDa en 68 kDa en de iso-elektrische pH ligt tussen 4,9 en 7,8. De afzonderlijke menselijke cytokeratines zijn genummerd van 1 tot 20. De verschillende epithelia in het menselijk lichaam brengen gewoonlijk Cytokeratines tot expressie die niet alleen kenmerkend zijn voor het type epitheel, maar ook verband houden met de mate van rijping of differentiatie binnen een epitheel. Cytokeratine-subtype expressiepatronen worden gebruikt bij het onderscheiden van verschillende soorten epitheliale maligniteiten. De Cytokeratine-antilichamen zijn een hulpmiddel bij de differentiële diagnose van tumoren met behulp van immunohistochemie op weefselsecties.

 

Cytokeratine 7 (CK7) is een cytoplasmatisch tussenliggend filamenteiwit dat tot expressie komt in de meeste ductale en glandulaire epithelia, waaronder long, borst, blaas en vrouwelijke geslachtsorganen, maar niet in de meeste gastro-intestinale epithelia, prostaat, hepatocyten en plaveiselepitheel. CK7-expressie is afwezig in darmkanker, prostaatkanker en plaveiselcarcinomen. De beperkte expressie van CK7 in sommige epithelia maakt het nuttig om de orgaanoorsprong van adenocarcinomen vast te stellen wanneer het wordt gecombineerd met kleuring van Cytokeratine 20 en andere celspecifieke markers.