Hairy cell leukemia (HCL) is een chronische B-cel lymfoproliferatieve aandoening die wordt gekenmerkt door pancytopenie en variabele infiltratie van het reticuloendotheliale systeem met harige lymfocyten. De lymfocyten vertonen karakteristieke citoplasmatische projecties en zijn positief voor tartraatresistent zuurfosfatase (TRAP). Het komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen en de mediane diagnoseleeftijd is 52 jaar. Het wordt typisch gezien bij mannen van middelbare leeftijd, gekenmerkt door pancytopenie, splenomegalie, immunologische afwijkingen en morfologisch typische neoplastische mononucleaire cellen in het bloed, beenmerg, lever, milt en andere weefsels. Naast pyogene infecties zijn patiënten gevoelig voor ongebruikelijke organismen, waaronder atypische mycobacteriën, legionella en schimmels. De diagnose voor HCL wordt bevestigd door het aantonen van harige cellen in biopsiestalen van het beenmerg of de milt of in perifeer bloed. Splenectomie is de standaardbehandeling. Recentelijk is aangetoond dat de nucleosiden pentostatine (2'-deoxycoformycine) (DCF) en 2'-chlorodeoxyadenosine (2-CdA) grotere aantallen duurzame complete remissies met curatief potentieel bij patiënten met HCL veroorzaken.